Frank Benner
pianotechniek


> index


pianoverhalen

Luthéal
Archeologie voor muzikanten

De violist Theo Olof herinnerde zich dat Maurice Ravel zijn ‘Tzigane voor viool en piano’ oorspronkelijk voor viool en Luthéal had geschreven om het effect van een zigeunercimbaal te kunnen imiteren.
Maar wat is een Luthéal eigenlijk?
Dat vereist 'opgravingen'

Men weet niet precies hoe Ravel het instrument kende, maar in ieder geval werd in 1924 de première van de Tzigane, in de Parijse Salle Gaveau, door de violist Samuel Dushkin en de 'Luthéalist' Beveridge Webster uitgevoerd.
Ravel moet het instrument ook hebben gebruikt voor l'Enfant et les Sortilèges.
Het voor de première gebruikte instrument is waarschijnlijk verloren gegaan tijdens een grote brand in Parijs die ook de Salle Gaveau in de as legde.

Het Museum voor muziekinstrumenten in Brussel herbergt in de kelders opmerkelijke en zeldzame instrumenten.
Een Luthéal vleugel werd daar gevonden.
Het was alsof een prehistorisch monster opgegraven werd.
Toen het stof er van af geveegd was bleek het een vleugel te zijn die zodanig geprepareerd was dat de klankkleur veranderd kon worden.

Onder de klep van de vleugel zag het er uit als een bizar samenraapsel van onderdelen uit een schrijfmachine en registers van een orgel, dat alles verbonden met de snaren van een Pleyel vleugel.
Er kwamen geluiden uit die je bij een normale piano zelden hoort, iets tussen een harp, een klavecimbel en een fortepiano in.

Het in 1922 door de Belg George Cloetens ontworpen instrument was echter in een zeer slechte staat.
Op verzoek van het Brussels museum heeft de Nederlandse pianotechnicus Evert Snel de Pleyel met Luthéal gerestaureerd. Vooral de restauratie van het Luthéal gedeelte was een hele klus omdat er geen literatuur over het ontwerp bestond.
Tegenwoordig worden er op de Luthéal weer uitvoeringen gegeven. Dat gebeurt op een tot Luthéal omgebouwde Fazioli vleugel.

De Britse pianist Veryan Weston kon goed op de Luthéal spelen. Hij schreef er een speciaal stuk voor. Het werd een serie van 52 thema's, Tesselations genaamd, die als basis voor improvisaties diende. Weston werd uitgenodigd om het in het Brusselse Museum uit te voeren. De delen vlogen de toehoorders met hoge snelheid om de oren. Met dit recital verwierf Weston zich een plaats in de wereld van 'pianolinguïsten' naast die van componisten als Nancarrow en Cage.





De Luthéal heeft vier registers die in verschillende combinaties te gebruiken zijn. De vleugel lijkt daarmee een beetje op een kerkorgel. Als je de registers inschakelt blijft de pianoklank gehandhaafd.

Voor het clavecimbelregister hangen de stalen contactpennen dan een millimeter boven de snaren.
De pennen raken de snaren pas vanaf mezzoforte en zo krijg je de klankkleur die op dat van het clavecimbel lijkt, maar wel met het dynamische bereik van een vleugel.

Bij het harpregister liggen dunne viltjes op alle snarenkoren, precies op de helft van de snaarlengte, waardoor het geheel een octaaf hoger klinkt en flageolettonen ontstaan.
Wanneer deze registers beide worden ingeschakeld, ontstaat de typische klank van de Hongaarse cymbalon.


Knutselen aan de klank

Er zijn meerdere componisten die niet tevreden zijn over de mogelijkheden van hun piano en die als een soort muzikale auto- en brommerknutselaars hun instrument gaan 'tunen' . Het is niet verwonderlijk dat men dat tunen noemt want een getunede auto of brommer geeft inderdaad een heel ander, en meestal woester, geluid dan voorheen.

Satie propte voor zijn compositie 'Le piège de Méduse' (1914) stukken papier tussen de snaren.

Er zijn componisten die onder de motorkap van hun vleugel kruipen om de snaren met hun vingers in de klankkast te bespelen in plaats netjes via de toetsen van het klavier.
Henry Cowell noemde het stuk dat hij op een dergelijke manier maakte dan ook: 'Stuk voor een piano met snaren' (Pièce pour piano avec cordes 1924).
Zou er ooit een componist geweest zijn die een stuk geschreven heeft voor een piano zonder snaren?

De Amerikaanse componist John Cage had behoefte aan wat meer tumult en prepareerde zijn vleugel met voorwerpen uit zijn keukenkastje, zoals vlakgommetjes, tochtstrips, schroefjes en eetlepels, die vrolijk mee rammelden. Het klonk als een stoned Gamalanorkest op het Pinkpopfestival, of een dronken beiaardier op het carillon van de Westertoren. Maar voor Cage was dat juist de bedoeling.
Cage's beroemdste stuk voor geprepareerde piano heet 'Sonatas and interludes' (1946-1948). Het werk bestaat uit zestien 'sonates' en vier tussenspelen, elk een niet langer dan een minuut of vierenhalf, maar ieder afzonderlijk stuk is een klein wonder van klank.

Er is tijdens 'De klap op de vuurpijl' van het Willem Breuker Kollektief, een uitvoering geweest waarbij een zangeres tijdens het optreden haar parelcollier brak. De pareltjes vielen in de vleugel en huppelden vrolijk tussen de snaren mee.
Dit onderdeel is later aan de partituur toegevoegd, waarna het natuurlijk jammer was dat je het verbaasde gezicht van de pianiste Pauline Post niet meer kon zien.

De pianist Carlos Moerdijk laat op allerlei manieren de mogelijkheden van de Luthéal horen in stukken die zijn geschreven voor viool en bewerkte piano. De viool wordt bespeeld door Emmy Verhey. Je kunt verschillende componisten beluisteren zoals onder meer Kodály, Granados, Bartók en Ravel.
De volksmuziek is vaak hun inspiratiebron, vandaar grilligheid, veel contrasten, hartstocht, melancholie en vrolijkheid. De Luthéal geeft extra mogelijkheden om die uiteenlopende stemmingen in zulke muziek te benadrukken.



Piano te koop